‘Ik val tussen de wal en het schip,’ zegt Adrie Jasper elders in dit magazine. Hij is zeker niet de enige. Nederland kent ruim twee miljoen mensen met een licht verstandelijke beperking (lvb) óf zij zijn zwakbegaafd.1 Ruim twee miljoen, 15 procent van onze bevolking: dat is bijna een op de zeven mensen!
Er wordt gesproken van een LVBbij mensen met een IQ tussen de 50 en 85, in combinatie met beperkte sociale redzaamheid. 1 Een LVB is een levenslange beperking die invloed heeft op alle levensgebieden. Mensen met een LVB hebben onvoldoende vaardigheden om maatschappelijk volledig zelfstandig te functioneren in onze complexe, dynamische samenleving. Ook ontbreekt het hen vaak aan een breed en adequaat steunsysteem en hebben zij over het algemeen moeite om gericht aanvullende hulp te vragen. Dit vereist immers inzicht in wat men aan hulp nodig heeft.
Ook positieve eigenschappen
Maar wie bij mensen met een LVB alleen hun beperkingen ziet, doet zichzelf en vooral de ander enorm tekort. Het gevaar van selffulfilling prophecy ligt daarbij tweezijdig op de loer. Enerzijds bij degene die uitgaat van: ‘Hij kan het toch niet, laat maar zitten. Ik neem het wel over.’ Anderzijds bij de LVB’er die daarin meegaat: ‘Ik kan het toch niet, ik begin er maar niet aan.’ Maar elk mens heeft kwaliteiten en mogelijkheden, ook mensen met een LVB.
Onderzoek bij mensen met een LVB wijst op twaalf positieve eigenschappen die bij hen vaak voorkomen: vriendelijk, behulpzaam, enthousiast, vrolijk, eerlijk en oprecht, altijd in voor leuke dingen, goed om kunnen gaan met dieren, zich goed kunnen richten op één taak, zin willen geven aan hun bestaan, trots zijn op eigen prestaties en bereid hard te werken 2. Natuurlijk moeten hierbij de beperkingen niet vergeten of gebagatelliseerd worden, maar een mens is meer dan zijn beperking. Niet alle mensen met een LVB hebben bovendien in dezelfde mate hulp of ondersteuning nodig of op hetzelfde terrein. Dit is medeafhankelijk van de context waarin de LVB’er leeft, woont en werkt. Een positieve, accepterende en ondersteunende omgeving bepaalt sterk de mate waarin mensen met een LVB eventueel aanvullende hulp nodig hebben.