Het deel uit kunnen maken van een groep is een van de sterkste, menselijke basisbehoeftes. Een goede sociale integratie (erbij horen, deel uitmaken van de groep) correleert sterk met psychologisch welzijn, terwijl sociale frustratie (buitensluiting, pestgedrag) de oorzaak van psychisch lijden kan zijn. Dat betekent dat als wij de maatschappij (en dus het onderwijs) zo trachten in te richten dat deze voor iedereen toegankelijk is (inclusie), wij ons ook moeten richten op de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen en jongeren en daar op gestructureerde en methodische wijze aandacht aan moeten schenken.